Speech voor mijn vader

Onderstaande is de tekst die ik voorlas tijdens de uitvaart van mijn vader, Luc Boyer (24-10-1935 - 05-03-2024). Omdat meerdere bezoekers achteraf vroegen of ze 'm mochten hebben post ik 'm hier. 


In tegenstelling tot mijn vader, die zijn passie gul deelde met zijn publiek, vind ik het spannend om iets te moeten zeggen voor een volle zaal. Dat was zo toen hij na Met Hart en Ziel zijn lintje kreeg, en nu, bij mijn laatste productie voor hem en voor zijn laatste publiek, vind ik het nog veel moeilijker. Ik hoop dat het goed gaat. 

In 2012 nam ik al half afscheid van mijn vader. Dat was genadig, want toen had ik hem nog niet kunnen missen. Sindsdien veranderde onze band: hij moest zich zien te verhouden tot zijn nieuwe normaal en ik was vooral gericht op de zorg voor hem, en dat was veel voor het rupsje-nooit-genoeg. 

Hij onderbrak zijn wegglijden op zondagochtend door mijn komst, en we voerden een gesprek dat voor mij onvergetelijk zal zijn. Eindelijk zagen we elkaar weer, al was het maar kort, zoals we waren vóór zijn beroerte: in liefde en als vader en dochter, zonder alle ruis die zijn beroerte had veroorzaakt. 

Ik vertelde hem dat zijn lijf, dat ooit zó in beweging was, zijn brein - dat nog steeds in beweging was en nog zoveel wilde - niet meer bij kon houden. Hij vertelde me dat hij het jammer vond dat hij mijn nieuwe huis nooit meer zou zien, ik zei dat hij altijd bij me zou zijn omdat hij een deel van me is. Hij zei dat hij me met een gerust hart achterliet omdat ik zo sterk geworden was, en dat hij iedereen zo zou missen. Ik antwoordde dat iedereen hem ook enorm zou missen, dat hij zoveel bijzondere mensen om zich heen had verzameld en zoveel mensen heeft geïnspireerd. Ik vroeg of hij nog iets wilde doorgeven. Hij antwoordde: “Ik heb alles wat ik wilde zeggen en gewenst, gezegd en geschreven.” 

In de dagen en nachten dat hij steeds verder weggleed, zat ik vaak naast zijn bed naar hem te kijken, hoe hij ademhaalde, hoe zijn dichte ogen vlinderden, hoe hij soms glimlachte. Ik stelde me voor hoe hij de balans opmaakte, nog eens om zich heen keek naar alle mooie en lieve schatten die hij tijdens zijn leven had verzameld, terwijl hij rustig naar het bruggetje liep. Het deed me denken aan een monoloog uit een serie die ik ooit had gezien en die ik graag met jullie wil delen*.

“Deze materie, dit lichaam, is uiteindelijk vooral lege ruimte. En de vaste materie? Dat is gewoon energie die heel langzaam vibreert en er is geen ik. Nooit geweest. De elektronen van mijn lichaam vermengen zich, en dansen met de grond onder me en de lucht die ik niet langer inadem. En ik herinner me dat er geen punt is waarop dat allemaal eindigt en ik begin. Ik herinner me dat ik energie ben. Geen geheugen. Geen zelf. Mijn naam, mijn persoonlijkheid, mijn keuzes kwamen allemaal ná mij. Ik was ervóór en ik zal erna zijn, en al het andere zijn beelden die ik onderweg verzamelde. Vluchtige, kleine dromen die afgedrukt staan op het weefsel van mijn stervende brein. Ik ben de flitsen die ertussen heen en weer springen. Ik ben de energie die de neuronen afvuurt en ik keer terug. Door het me te herinneren keer ik terug naar huis. Als een waterdruppel die terugvalt in de oceaan, waar het altijd deel van heeft uitgemaakt. Alle dingen, een deel. Iedereen, een deel. Jij en ik, iedereen die er ooit geweest is, elke plant, elk dier, elk atoom, elke ster, elk sterrenstelsel – alles. Meer sterrenstelsels in het universum dan zandkorrels op het strand – alles. Een. 

Er is geen tijd. Er is geen dood. Het leven is een droom, een wens die steeds opnieuw, en opnieuw, en opnieuw wordt gedaan tot in de eeuwigheid. En ik ben het allemaal, ik ben alles. Ik ben dat ik ben.”

Mijn eigenzinnige vader heeft een fantastisch leven geleid. Hij heeft alles eruit gehaald wat erin zat, het merg uit het leven gezogen. Ik ben eindeloos trots op hem, en intens dankbaar voor de enorme berg liefde waarmee jullie hem omringden in de jaren en dagen vóór zijn vertrek. Er is geen leegte, maar een ruimte die we kunnen vullen met al het moois dat hij achterlaat. 

Dag allerliefste pappa van de hele wereld. Nu je het niet meer kan zeggen zeg ik het: en ik van jou, altijd eentje meer. 

De kist van mijn vader, met erop de handen van de familie



*) De tekst komt uit Midnight Mass (S1E7) van Mike Flanagan. Ik postte de tekst en een vertaling van de meest relevante delen hier al eerder, in 2021. In de versie voor mijn speech heb ik de vrijheid genomen om één dingetje te veranderen: 
Meer sterrenstelsels in het universum dan zandkorrels op het strand – alles. Een.
Was oorspronkelijk:
Meer sterrenstelsels in het universum dan zandkorrels op het strand - en dát is waar we het over hebben als we het over God hebben. Het Een.

Reacties